Een vraag? Een suggestie?
Tel.: 015 78 7600
Mail: klant.BE@wolterskluwer.com
Vul het formulier in


Verkeersvademecum 2023 (NIEUW)



In editie 2023 van het Verkeersvademecum werden alle wetswijzigingen verwerkt tot en met 1 december 2022. U kunt het boek meteen bestellen via onze webshop, waar u ook een overzicht vindt van de verwerkte wetswijzigingen.

Interventiezakboekje 2023 (NIEUW)



Het Interventiezakboekje 2023 bestaat uit 73 alfabetisch geordende fiches. Zij geven uitleg over de wettelijke en bestuurlijke aspecten van verschillende soorten interventies. U kunt het boek meteen bestellen via onze webshop.
 

Zakboekje strafrecht 2022



Het Zakboekje Strafrecht is een onmisbaar werkinstrument voor iedereen die beroepshalve met het strafrecht omgaat. Voor politieambtenaren onmisbaar om betrouwbare pv’s op te stellen. U kunt het boek meteen bestellen via onze webshop.

Wetboek wegverkeer en wegvervoer



Het Wetboek wegverkeer en wegvervoer bevat alle belangrijke verkeersgerelateerde wetteksten die van toepassing zijn in Vlaanderen. Daardoor is het boek een onmisbaar werkinstrument voor de dagelijkse politiepraktijk en tijdens de politionele opleidingen. U kunt het wetboek meteen bestellen via onze webshop.

Tot 20% korting op onze politiepublicaties

Wolters Kluwer heeft een uitgebreid gamma aan zakboekjes over politiethema's: o.a. verkeer, interventie, politiestatuut, strafrecht en milieuhandhaving. Bekijk het volledige aanbod in onze webshop en krijg tot 20% korting bij de aankoop van meerdere exemplaren voor uw korps of dienst.

Raad van State vernietigt KB van 2019 dat onmiddellijke inning optrekt bij bepaalde inbreuken op transportwetgeving

Nieuws - 11/06/2021
-
Auteur 
Droits Quotidiens Legal Design


De Raad van State heeft op 6 mei 2021 het KB ‘inning en consignatie’ van 16 juni 2019 vernietigd omdat het de bevoegdheidsverdelende regels schendt, in het bijzonder met betrekking tot de vestigingsvoorwaarden en het verkeersveiligheidsbeleid. Dat KB wijzigde met ingang van 6 juli 2019 het KB van 19 juli 2000 betreffende de inning en de consignatie van een som bij het vaststellen van sommige inbreuken inzake het vervoer over de weg, waar de boetecatalogus deel van uitmaakt. Als gevolg van de vernietiging is de wetgeving van vóór de aanpassing van het KB van 19 juli 2000 opnieuw van toepassing geworden vanaf 6 mei 2021.

Het KB ‘inning en consignatie’ van 16 juni 2019 wijzigde de tarieven van de onmiddellijke inning voor bepaalde inbreuken op de transportwetgeving. Onder meer met betrekking tot de vrachtbrief, de rij- en rusttijden, de tachograaf en de bestuurderskaart. Tegelijk trekt het besluit de maxima op van de totale sommen die bij onmiddellijke inningen kunnen worden geïnd. 
Bevoegdheidsoverschrijding
De wijzigingen zijn op 6 juli 2019 in werking getreden, maar worden nu door de Raad van State ongedaan gemaakt. Het KB schendt immers de ‘bevoegdheidsverdelende regels’. Een deel van de wijzigingen heeft volgens de raad betrekking op de bevoegdheden van de gewesten. Onder meer met betrekking tot de tachograaf: “Gelet op de bevoegdheid van de gewesten inzake verkeersveiligheidsbeleid, is de federale regering alleszins onbevoegd om de tabel inzake de tachograaf te wijzigen wat betreft de verwijzing naar de inbreuken op de artikelen 4 en 6 tot 28 van het koninklijk besluit van 17 oktober 2016 inzake de tachograaf en de rij- en rusttijden.”
KB 2019 volledig vernietigd
Maar hoewel het KB van 2019 niet op alle punten de bevoegdheidsverdelende regels schendt, heeft de Raad van State toch het hele besluit vernietigd. Als reden daarvoor geeft de raad het volgende mee: “Het besluit vormt één reglementair geheel en voldoet niet aan de voorwaarden voor een gedeeltelijke vernietiging. Bovendien vormt het besluit ook vanuit beleidsmatig oogpunt een onlosmakelijk geheel.” 
Terug naar regels van vóór 6 juli 2019
Het concrete gevolg is dat vanaf 6 mei 2021 de boetecatalogus en -bedragen van vóór de wijziging vanaf 6 juli 2019 opnieuw van kracht worden. De voorziene maxima van het totaal de te innen sommen worden verlaagd van 5.000 naar 2.750  euro, of van 10.000 naar 5.500 euro. Ze zijn van toepassing op respectievelijk overtreders met en overtreders zonder hoofd- of vaste verblijfplaats in België. Bovendien worden de betalingsmogelijkheden terug ingeperkt. Voor overtreders die in België een woon- of vaste verblijfplaats hebben en rijden voor een onderneming die in België gevestigd is, is het niet langer mogelijk om via het internet te betalen.

Bron:  RvS 6 mei 2021, nr. 250.522.