De Kruispuntbank van de Voertuigen wordt geleidelijk aan operationeel. Een koninklijk van 9 juli 2013 wijst alvast alle partners aan die betrokken zijn bij de werking van de Kruispuntbank en bepaalt wat hun respectievelijke taken zijn. Deze bepalingen treden in werking op 1 september 2013. Een volgende cruciale datum is 1 oktober 2014, wanneer de preregistratieplicht van de fabrikanten en importeurs ingaat.

Er bestaan nog géén uitvoeringsbepalingen voor de verplichte registratie bij overdracht van de eigendom van een voertuig, en voor de definitieve schrapping van het voertuig.

Identificatie voertuig en eigenaar

De wet van 19 mei 2010 legt de juridische basis voor een Kruispuntbank van de Voertuigen. Die moet het mogelijk maken om een voertuig en zijn eigenaar te identificeren, vanaf het moment dat het voertuig de fabriek verlaat of het land wordt binnengebracht, tot het voertuig uiteindelijk ontmanteld wordt in een erkend depollutiecentrum. Ook na de ontmanteling van het voertuig mogen de identificatiegegevens niet vernietigd worden. Ze worden volgens het KB nog 30 jaar bewaard in gecodeerde vorm en worden daarna geanonimiseerd.

De Kruispuntbank is een overkoepelende databank, die zowel eigen gegevens beheert, als verbindingen legt met de databanken van andere diensten. Er zijn dan ook heel wat partners betrokken bij haar werking.

Zeven partners

De volgende partners spelen een belangrijke rol bij de verwezenlijking van de doeleinden van de Kruispuntbank en hebben dan ook – in grotere of in kleinere mate – recht op toegang tot de databank:

• de vzw Groepering van erkende Ondernemingen voor Autokeuring en Rijbewijs;
• de vzw Febiac. Dat is de Belgische federatie van de auto- en tweewielerindustrie, die de belangen verdedigt van de constructeurs en importeurs;
• Assuralia, de beroepsvereniging van de verzekeringsondernemingen;
• Informex NV, het informatieplatform over voertuigen die het voorwerp waren van een ongeval;
• de vzw Federauto, als vertegenwoordiger van de professionele sector van de handel in en reparatie van motorvoertuigen;
• de vzw Febelauto; en
• de vzw Renta of de Belgische Federatie van Voertuigen Verhuurders.

Van deze 7 ‘diensten die behoren tot het netwerk’, zijn er maar 2 die ook effectief gegevens aanleveren: Renta en Informex. De anderen zijn bij de werking betrokken als intermediaire partner. Zo krijgen de voertuigconstructeurs en -importeurs een preregistratieplicht opgelegd, maar in plaats van met elke partner afzonderlijk te gaan onderhandelen over de wijze van aanlevering van de gegevens, maakt de regering afspraken met hun belangenvereniging, Febiac.

Beheersdienst, politie, Car-Pass

Het KB wijst ook een 15-tal diensten aan die in de praktijk zullen instaan voor het inzamelen en bijhouden van de gegevens, en verdeelt de taken tussen hen. Tot die diensten behoren:

• de beheersdienst zelf. Dat is het directoraat-generaal Mobiliteit en Verkeersveiligheid van de FOD Mobiliteit, dat ook instaat voor de coördinatie en het beheer van de Kruispuntbank;
• de keuringscentra;
• het Gemeenschappelijk Motorwaarborgfonds;
• de vzw Car-Pass, die gegevens bijhoudt over de kilometerstand van de voertuigen;
• de Kruispuntbank van Ondernemingen, voor informatie over de rechtspersonen die eigenaar zijn van een wagenpark;
• de vzw Renta en de nv Informex;
• en uiteraard ook de politiediensten, die de geseinde voertuigen aanmelden.

Al deze diensten hebben onbeperkt toegang tot de gegevens die zij zelf aanleveren. Voor een recht op toegang tot andere gegevens, is de toestemming nodig van de andere gegevensleverancier, en is een machtiging nodig van het Sectoraal Comité voor de Federale Overheid, dat bevoegd is voor de bescherming van de privacy.

Sommige diensten stellen hun eigen databank open, zodat de Kruispuntbank een link kan leggen naar de gevraagde gegevens. Anderen – zoals de politie – zenden een selectie van hun gegevens door naar de beheersdienst, die de informatie voor hen bijhoudt.

De gegevens die opgevraagd worden via de Kruispuntdatabank van de Voertuigen mogen nooit gebruikt worden voor direct marketing-doeleinden.

Preregistratieplicht

Elke fabrikant die in België een productie-eenheid heeft voor de bouw of de assemblage van voertuigen is vanaf 1 oktober 2014 verplicht om zijn voertuigen te laten preregistreren in de Kruispuntbank van de Voertuigen zodra hij zeker is dat het voertuig bestemd is voor de Belgische markt. Het KB van 8 juli 2013 lanceert daarvoor een alfanumerieke code, het VIN-nummer. Bij invoer ligt die verplichting in de regel bij de importeur, maar er zijn uitzonderingen. Onder meer voor voertuigen die niet over een Europese typegoedkeuring beschikken.

Het koninklijk besluit preciseert welke gegevens geregistreerd moeten worden naargelang het voertuig al dan niet reeds gekend is bij de diensten, naargelang het al dan niet over een EG-typegoedkeuring of Belgische nationale goedkeuring beschikt, enzovoort.

Twee cruciale data

Het KB van 8 juli 2013 bevat twee cruciale data van inwerkingtreding: 1 september 2013, wat de werkingsregels betreft, en 1 oktober 2014, voor de preregistratieplicht.

Bron:
Koninklijk besluit van 8 juli 2013 ter uitvoering van de wet van 19 mei 2010 houdende oprichting van de Kruispuntbank van de Voertuigen, BS 22 augustus 2013.