Een vraag? Een suggestie?
Tel.: 015 78 7600
Mail: klant.BE@wolterskluwer.com
Vul het formulier in


Verkeersvademecum 2023 (NIEUW)



In editie 2023 van het Verkeersvademecum werden alle wetswijzigingen verwerkt tot en met 1 december 2022. U kunt het boek meteen bestellen via onze webshop, waar u ook een overzicht vindt van de verwerkte wetswijzigingen.

Interventiezakboekje 2023 (NIEUW)



Het Interventiezakboekje 2023 bestaat uit 73 alfabetisch geordende fiches. Zij geven uitleg over de wettelijke en bestuurlijke aspecten van verschillende soorten interventies. U kunt het boek meteen bestellen via onze webshop.
 

Zakboekje strafrecht 2022



Het Zakboekje Strafrecht is een onmisbaar werkinstrument voor iedereen die beroepshalve met het strafrecht omgaat. Voor politieambtenaren onmisbaar om betrouwbare pv’s op te stellen. U kunt het boek meteen bestellen via onze webshop.

Wetboek wegverkeer en wegvervoer



Het Wetboek wegverkeer en wegvervoer bevat alle belangrijke verkeersgerelateerde wetteksten die van toepassing zijn in Vlaanderen. Daardoor is het boek een onmisbaar werkinstrument voor de dagelijkse politiepraktijk en tijdens de politionele opleidingen. U kunt het wetboek meteen bestellen via onze webshop.

Tot 20% korting op onze politiepublicaties

Wolters Kluwer heeft een uitgebreid gamma aan zakboekjes over politiethema's: o.a. verkeer, interventie, politiestatuut, strafrecht en milieuhandhaving. Bekijk het volledige aanbod in onze webshop en krijg tot 20% korting bij de aankoop van meerdere exemplaren voor uw korps of dienst.

Hervormde basisopleiding politie-inspecteurs vanaf 1 oktober

Nieuws - 01/10/2015
-
Auteur 
Laure Lemmens


De basisopleiding tot inspecteur van politie wordt hervormd. De nieuwe regels gelden vanaf 1 oktober. De aandacht gaat daarbij vooral naar het verwerven van competenties en de ontwikkeling van vaardigheden. En dat vanuit een modern kader, afgestemd op de evolutie van de politietaken, de complexiteit van nieuwe onveiligheidsfenomenen en de gewijzigde operationele vereisten van de politiediensten. De wijzigingen worden ingevoerd via een koninklijk besluit van 24 september 2015. Een aanvullend ministerieel besluit van dezelfde datum verduidelijkt hoe het opleidingsdossier, de clusterfiches, de evaluatiedossiers, het examenreglement en het educatief opvolgingsrapport er moeten uitzien.
Uitgangspunt basisopleiding
Het uitgangspunt van de opleiding werd geheroriënteerd. De bedoeling is om aspirant-inspecteurs de professionele basiscompetenties bij te brengen zodat ze in staat zijn om
het geheel van taken van bestuurlijke en gerechtelijke politie verbonden aan de uitoefening van het politieambt binnen het basiskader te vervullen, en het geheel van taken die voortvloeien uit zij hun bevoegdheden binnen de politie op zich te nemen; en
een loopbaan te starten in elke niet-gespecialiseerde betrekking binnen het basiskader.
De aspirant-inspecteur moet op het einde van de basisopleiding beantwoorden aan het competentieprofiel INP dat door minister van Binnenlandse Zaken Jan Jambon werd opgesteld. Zodanig dat ze situaties waarmee hij geconfronteerd worden kunnen identificeren, een gepaste oplossing vinden voor de problemen die zich stellen en deze oplossingen uitvoeren.
Studie-uren en werkplekleren
De basisopleiding van het basiskader duurt één jaar en omvat 1.314 studie-uren en 328 uur aan werkplekleren.
De theorie- en praktijklessen zijn opgedeeld in 15 clusters. Een eerste blok van 5 algemene clusters met lessen over de politiediensten in relatie tot de bestuurlijke en gerechtelijke organisatie (40 uur), de wet op het politieambt (40 uur), politionele deontologie (24 uur), inleiding tot het recht (60 uur) en de wegcode (30 uur). En een tweede blok van 6 meer specifieke clusters: domeinspecifiek recht (120 uur), informatiemanagement (122 uur), politioneel onthaal en bejegening (78 uur), politioneel tussenkomen (176 uur), onderzoeken (100 uur), verkeer (114 uur). Daarnaast zijn er nog 4 transversale clusters die doorheen blok 1 en 2 lopen: maatschappelijke oriëntering (32 uur), communicatie (100 uur), sport (90 uur) en geweld- en stressbeheer (188 uur).
Gedurende de basisopleiding neemt de aspirant-inspecteur deel aan werkplekleren. De nadere regels daarvoor moeten worden uitgewerkt door de directeur-generaal van de algemene directie van het middelenbeheer en de informatie (DGR – momenteel, Paul Putteman). De organisatie is in elk geval een verantwoordelijkheid van de politieschool. Die werkt in overleg met de werkplek een werkplekleeropdracht uit. Iedere aspirant krijgt tijdens zijn opdracht een begeleider die vertrouwd is met de inhoud van de opdracht.
Beoordeling clusters
De aspirant wordt beoordeeld per cluster en op elk van de daaraan gekoppelde competenties en doelstellingen. Behalve wat betreft de kennis van de tweede landstaal en het Engels.
Voor elke cluster is er – buiten de examenperiodes – een permanente evaluatie van de opdrachten, werkstukken en proeven. Die telt voor 20% mee in de eindscore van iedere cluster. De overige 80% van het cluster- en competentiecijfer bestaat uit de som van de scores van de aspirant op de verschillende examenonderdelen van die cluster of competentie.
Voor de cluster ‘geweld en stressbeheer’ wordt aan elke competentie één cijfer toegekend. Bij die cluster horen dus uitzonderlijk meerdere cijfers.
Niet alleen de clusters worden gescoord, ook het professioneel functioneren. Dat gebeurt tijdens een evaluatiegesprek waarvan een verslag wordt opgemaakt. De professionele bekwaamheden en attitudes van de aspirant worden beoordeeld op basis van een evaluatiefiche.
Examens
Elke cluster wordt afgesloten met een examen georganiseerd door de politieschool. Per opleidingscyclus volgens 2 examenperiodes: eentje op het einde van blok 1 en eentje op het einde van blok 2. Deelname aan de eerste zittijd is verplicht om eventueel een tweede zit te mogen afleggen.
Het examen bevat één of meer onderdelen die qua inhoud en vorm aansluiten bij de opleiding die de aspirant heeft gevolgd en bij de competentie die hij moet hebben verworven. Per cluster van blok 1 wordt een schriftelijk examen georganiseerd. Per cluster van blok 2 én per transversale cluster is dat een schriftelijk, mondeling en/of praktisch examen.
Na de examens van blok 2 en de transversale examens volgt nog een geïntegreerde proef. Die bestaat uit een praktijkoefening waarbij de kennis van de verschillende clusters aan de hand van praktische oefeningen wordt getest én een mondeling examen voor de examencommissie.
Één herkansing voor blok 1
Aspiranten die minstens 12/20 scoren voor elke cluster van blok 1 en geen vermelding ‘onvoldoende’ kregen voor hun professioneel functioneren, zijn geslaagd voor blok 1. Wie niet slaagt, maar na tweede zittijd alleen clustercijfers boven de 10/20 heeft en voldoende scoort op zijn professioneel functioneren mag de clusters uit de eerste blok één keer opnieuw volgen. De aspirant moet slagen in de eerste zittijd. Is dat niet het geval, dan wordt hij afgewezen.
Wie één of meer clustercijfers onder de 10/20 heeft na de tweede zittijd, is niet geslaagd. Ook zij worden afgewezen.
Deelname aan examens van blok 2
Alleen wie geslaagd is voor blok 1, mag deelnemen aan de examens van blok 2. Wanneer de aspirant niet slaagt in de tweede zittijd van blok 2, wordt de jury bijeengeroepen voor advies. Die kan voorstellen dat de betrokkene wel geslaagd is, dat hij de basisopleiding geheel of gedeeltelijk mag overdoen of dat hij niet geslaagd is. De directeur-generaal neemt de uiteindelijke beslissing in het dossier. In afwachting van die beslissing kan de aspirant alleen worden ingezet voor opdrachten die geen politiebevoegdheden vereisen.
Wanneer geslaagd in basisopleiding?
Om te slagen in de basisopleiding, moet de aspirant-inspecteur geschikt worden bevonden door de jury en minstens volgende resultaten behalen:
minstens 12/20 voor elke cluster van blok 2;
minstens 12/20 voor elke transversale cluster;
minstens 12/20 voor alle competenties van de cluster ‘geweld- en stressbeheer’;
minstens 12/20 voor alle onderdelen van de geïntegreerde proef; en
geen eindvermelding ‘onvoldoende’ voor het professioneel functioneren.
1 oktober 2015
Het KB van 24 september 2015 en het aanvullende MB van dezelfde datum treden in werking op 1 oktober. Al blijft de oude reglementering van toepassing op de opleidingen die reeds lopende waren op 30 september 2015.

Bronnen: 
-Koninklijk besluit van 24 september 2015 betreffende de basisopleiding van de personeelsleden van het basiskader van de politiediensten, BS 29 september 2015.
-Ministerieel besluit van 24 september 2015 houdende het onderwijs- en examenreglement betreffende de basisopleiding van de personeelsleden van het basiskader van de politiediensten, BS 29 september 2015.

Extra informatie: Koninklijk besluit van 20 juli 2015 houdende aanwijzing in het mandaat van Directeur-generaal van de Algemene directie van het Middelenbeheer en de Informatie van de Federale Politie, BS 31 juli 2015.