Uniform informatierecht
Momenteel hebben slachtoffers geen wettelijk recht op informatie m.b.t. de voorlopige hechtenis. Ze worden dus niet automatisch op de hoogte gebracht wanneer een verdachte wordt aangehouden, in vrijheid wordt gesteld of wanneer de voorlopige hechtenis onder elektronisch toezicht wordt uitgevoerd. In sommige gerechtelijke arrondissementen zijn er vanuit het openbaar ministerie wel bepaalde richtlijnen opgesteld. Maar die zijn er dus niet overal. Bovendien zijn de bestaande richtlijnen niet overal dezelfde.
De federale wetgever creëert daarom een uniforme wettelijke basis voor een informatierecht ten aanzien van slachtoffers zodat over de grenzen van de arrondissementen heen dezelfde regels worden toegepast.
Voorwaarden en beperkingen
Maar het informatierecht is niet absoluut. Er gelden voorwaarden en beperkingen:
- alleen benadeelde en burgerlijke partij
Het informatierecht bestaat ten aanzien van slachtoffers die geregistreerd zijn als benadeelde persoon en de burgerlijke partijen.
- alleen bij aantasting of bedreiging fysieke en/of psychische integriteit
De benadeelde persoon of de burgerlijke partij kunnen in kennis worden gesteld van het verloop van de voorlopige hechtenis van de verdachte van een misdaad of een wanbedrijf waarbij de fysieke en/of psychische integriteit van henzelf of van een derde die ze vertegenwoordigen, werd bedreigd of aangetast.
- informatie over 4 aspecten
De meegedeelde informatie heeft betrekking op 4 aspecten:
• | het afleveren of het opheffen van een bevel tot aanhouding; |
• | het uitvoeren van de voorlopige hechtenis onder elektronisch toezicht; |
• | de beslissing tot invrijheidstelling; |
• | de voorwaarden die in het belang van de benadeelde persoon of de burgerlijke partij worden opgelegd evenals het opleggen van nieuwe voorwaarden, het gedeeltelijk of geheel opheffen of het wijzigen ervan (overeenkomstig artikel 36) in het geval van een beslissing tot invrijheidstelling onder voorwaarden of tegen borgstelling en een beslissing tot voorwaardelijke invrijheidstelling. |
De griffie informeert de benadeelde persoon of de burgerlijke partij zo snel mogelijk en uiterlijk binnen de 24e via het meest geschikte communicatiemiddel, tenzij er een aanwijsbaar risico bestaat dat de verdachte als gevolg van de kennisgeving schade zou kunnen worden berokkend.
De benadeelde persoon of de burgerlijke partij kunnen ook verzoeken dat een afschrift van de informatie aan hun raadsheer of aan de bevoegde diensten van de gemeenschappen wordt bezorgd.
Een later KB zal de precieze procedures duiden.
In werking
De wet van 2 maart 2023 treedt in werking op 1 april 2024 (de eerste dag van de 12e maand te rekenen van de dag volgende op de bekendmaking ervan in het Belgisch Staatsblad).