De Vlaamse regering stroomlijnt de inhoud van de ziekenhuisnoodplannen, standaardiseert de goedkeuringsprocedure, en bakent de verantwoordelijkheden af van de algemeen ziekenhuisdirecteur, de hoofdgeneesheer, de technisch directeur en de noodplancoördinator.
ZNP voor hoogste risico’s
Elk ziekenhuis moet een ziekenhuisnoodplan (ZNP) hebben om het hoofd te kunnen bieden aan grote ongevallen binnen of buiten het ziekenhuis. Het ZNP behandelt ‘de incidenten die de hoogste risico’s in houden’. Dat zijn volgens het besluit van 15 februari 2019 bijvoorbeeld incidenten van chemische, biologische, radiologische of nucleaire aard, incidenten met explosieven (CBRNe), brand, uitval van de IT-voorzieningen, uitval van nutsvoorzieningen, een pandemie. Wetten en besluiten kunnen daar risico’s aan toevoegen.
Algemeen directeur is verantwoordelijk
Het ziekenhuisnoodplan bestaat uit 2 luiken: een medisch ziekenhuisnoodplan (ZNP MED), dat wordt opgesteld onder de leiding van de hoofdgeneesheer, en een technisch ziekenhuisnoodplan (ZNP TEC), onder de leiding van de technisch directeur (veiligheidscoördinator).
De eindverantwoordelijkheid voor het plan verschuift dan ook van de hoofdgeneesheer naar de algemeen directeur van het ziekenhuis.
Het is de algemeen ziekenhuisdirecteur of zijn vervanger die het permanent comité moet voorzitten dat het ziekenhuisnoodplan bijwerkt en evalueert. Het is ook de algemeen directeur die samen met de hoofdgeneesheer, de noodplancoördinator en het medisch diensthoofd van de spoedgevallendienst, het bureau van dat permanent comité vormt.
Hij is ook de persoon die gecontacteerd zal worden als er zich ergens een ramp voordoet. En hij zit de coördinatiecel voor als het ziekenhuisnoodplan wordt uitgerold. De algemeen ziekenhuisdirecteur (of zijn vervanger) moet daarom 24 uur of 24, 7 dagen op 7 bereikbaar zijn.
Noodplancoördinator
De noodplancoördinator krijgt in het besluit zowel preventieve, als operationele taken toegewezen. Op preventief vlak zal hij vooral ondersteuning bieden en meewerken aan risico-analyses en het alert houden van het ziekenhuispersoneel. Als het ziekenhuisplan wordt toegepast zorgt hij voor de procesbewaking en ondersteunt hij de algemeen directeur.
Voor de functie van noodplancoördinator bestaat geen verplichte permanentie: als hij niet in het ziekenhuis is, zal de staf proberen om de noodplancoördinator op te roepen ‘voor zover hij beschikbaar is’.
In kleinere voorzieningen mag hij de functie van noodplancoördinator zelfs gecombineerd worden met een andere ziekenhuisfunctie.
Inoefenen
Elk ziekenhuis moet naast het eigenlijke ziekenhuisnoodplan een meerjaarplan opmaken voor het inoefenen van het ziekenhuisnoodplan.
Gemeentelijke, provinciale en federale adviezen
Over de goedkeuringsprocedure blijven we kort. Nieuw is daar dat het ontbreken van de adviezen van de provinciale noodplancoördinator of van de federale gezondheidsinspecteur, de goedkeuring van het ziekenhuisnoodplan niet meer kan tegenhouden.