Een vraag? Een suggestie?
Tel.: 015 78 7600
Mail: klant.BE@wolterskluwer.com
Vul het formulier in


Verkeersvademecum 2024 (NIEUW)



In editie 2024 van het Verkeersvademecum werden alle wetswijzigingen verwerkt tot en met 1 december 2023. U kunt het boek meteen bestellen via onze webshop, waar u ook een overzicht vindt van de verwerkte wetswijzigingen.

Interventiezakboekje 2024 (NIEUW)



Het Interventiezakboekje 2024 bestaat uit 73 alfabetisch geordende fiches. Zij geven uitleg over de wettelijke en bestuurlijke aspecten van verschillende soorten interventies. U kunt het boek meteen bestellen via onze webshop.
 

Zakboekje strafrecht 2022



Het Zakboekje Strafrecht is een onmisbaar werkinstrument voor iedereen die beroepshalve met het strafrecht omgaat. Voor politieambtenaren onmisbaar om betrouwbare pv’s op te stellen. U kunt het boek meteen bestellen via onze webshop.

Wetboek wegverkeer en wegvervoer



Het Wetboek wegverkeer en wegvervoer bevat alle belangrijke verkeersgerelateerde wetteksten die van toepassing zijn in Vlaanderen. Daardoor is het boek een onmisbaar werkinstrument voor de dagelijkse politiepraktijk en tijdens de politionele opleidingen. U kunt het wetboek meteen bestellen via onze webshop.

Schending van EU-sancties: uniform kader voor strafbaarstelling en sanctionering

Nieuws - 03/05/2024
-
Auteur 
Droits Quotidiens Legal Design


Europa introduceert uniforme regels voor de strafbaarstelling en sanctionering van ‘schendingen van EU-sancties’. Momenteel zijn er te veel nationale verschillen in uitvoering, implementatie en handhaving waardoor de doeltreffendheid van de beperkende maatregelen op de helling staat.
Schending van beperkende maatregelen
De Europese Unie kan op eigen initiatief of in uitvoering van resoluties van de Veiligheidsraad van de Verenigde Naties beperkende maatregelen opleggen aan regeringen, entiteiten, groeperingen, organisaties of personen. Onder meer om de waarden, kernbelangen en veiligheid van de EU te beschermen. Denk aan wapenembargo’s, handelsbeperkingen, financiële sancties en reis- en visumbeperkingen.
De uitvoering en handhaving van EU-sancties is de primaire verantwoordelijkheid van de lidstaten. Het is aan de lidstaten zelf overgelaten om maatregelen te nemen die garanderen dat de beperkende maatregelen worden nageleefd. Maar op dit moment is er sprake van grote inconsistentie.
De lidstaten hanteren verschillende, vaak erg uiteenlopende definities van wat een schending van beperkende maatregelen inhoudt. En niet alleen de strafbaarstelling van schendingen varieert, ook de sanctionering ervan. ‘Deze situatie ondermijnt de doeltreffendheid van de sancties en hun publieke legitimiteit’, klinkt het op Europees niveau. De Europese wetgever wil daarom meer uniformiteit op het gebied van strafbaarstelling en sanctionering.
EU-misdrijf
In 2022 (Besluit 2022/247)werden ‘schendingen van beperkende maatregelen van de EU’ toegevoegd aan de lijst van EU-misdrijven. Deze eerste stap was noodzakelijk omdat de EU-wetgever ten aanzien van misdrijven op deze lijst bevoegd is om minimumvoorschriften vast te stellen op het gebied van strafbaarstelling en sanctionering. Deze tweede stap is voorwerp van Richtlijn 2024/1226.
Schending van beperkende maatregelen
De lidstaten moeten ervoor zorgen dat volgende gedragingen een strafrechtelijk delict vormen wanneer ze opzettelijk geschieden en in strijd zijn met een verbod dat of een verplichting die een beperkende maatregel van de Unie vormt of die is uiteengezet in een nationale bepaling tot uitvoering van een beperkende maatregel van de Unie, indien nationale uitvoering van die maatregel vereist is:
het direct of indirect ter beschikking stellen van tegoeden of economische middelen aan of ten behoeve van een aangewezen persoon, entiteit of lichaam, in strijd met een verbod dat een beperkende maatregel van de Unie vormt;
het niet-bevriezen van tegoeden of economische middelen die toebehoren aan, eigendom zijn, in het bezit zijn of onder zeggenschap staan van een aangewezen persoon, entiteit of lichaam, in strijd met een verplichting die een beperkende maatregel van de Unie vormt;
de toegang van aangewezen natuurlijke personen tot het grondgebied van een lidstaat of hun doorreis over het grondgebied van een lidstaat mogelijk maken, in strijd met een verbod dat een beperkende maatregel van de Unie vormt;
het aangaan of voortzetten van transacties met een derde staat, organen van een derde staat, of entiteiten of lichamen die direct of indirect eigendom zijn of onder zeggenschap staan van een derde staat of organen van een derde staat, met inbegrip van de gunning of verdere uitvoering van overheidsopdrachten of concessieovereenkomsten, indien het verbod op of de beperking van die gedragingen een beperkende maatregel van de Unie vormt;
het verhandelen, invoeren, uitvoeren, verkopen, aankopen, overdragen, doorvoeren of vervoeren van goederen, alsook het verlenen van tussenhandeldiensten, technische bijstand of andere diensten in verband met die goederen, indien het verbod op of de beperking van die gedragingen een beperkende maatregel van de Unie vormt;
het verstrekken van financiële diensten of het uitvoeren van financiële activiteiten, indien het verbod op of de beperking van die gedragingen een beperkende maatregel van de Unie vormt;
het verstrekken van diensten anders dan de diensten in het punt hierboven indien het verbod op of de beperking van die gedragingen een beperkende maatregel van de Unie vormt;
het omzeilen van een beperkende maatregel van de Unie door onder meer het verstrekken van onjuiste informatie;
het schenden van of niet voldoen aan de voorwaarden in het kader van door de bevoegde autoriteiten verleende vergunningen om bepaalde activiteiten uit te voeren die bij gebreke van een dergelijke vergunning een schending uitmaken van een verbod dat of een beperking die een beperkende maatregel van de Unie vormt.
Ook als bepaalde gedragingen uit grove nalatigheid worden begaan, moeten het strafrechtelijke delicten vormen. Tot slot moeten de lidstaten ook het uitlokken van, het medeplichtig zijn aan en de poging tot de opgesomde handelingen strafbaar stellen.
Uitzonderingen mogelijk
De lidstaten mogen bepalen dat schendingen van beperkende maatregelen van de Unie die betrekking hebben op tegoeden, economische middelen, goederen, diensten, transacties of activiteiten met een waarde van minder dan 10.000 euro, geen strafrechtelijke delicten vormen.
Sanctionering
De richtlijn voorziet in minimumnormen om ervoor te zorgen dat strafbare feiten strafbaar worden gesteld met doeltreffende, evenredige en afschrikkende strafrechtelijke sancties. Europa maakt daarbij een onderscheid tussen sancties tegen natuurlijke personen en sancties tegen rechtspersonen.
Wat de natuurlijke personen betreft vereist de richtlijn dat de strafbare feiten worden bestraft met een gevangenisstraf en/of boete. Europa heeft een aantal minimale en maximale sancties bepaalt. Voor ‘minder zware delicten’ zoals het omzeilen van een beperkende maatregel door bepaalde informatie m.b.t. tegoeden niet te verstrekken eist de richtlijn dat ze worden strafbaar gesteld met een maximumgevangenisstraf van één jaar wanneer de delicten betrekking hebben op tegoeden of economische middelen van minstens 100.000 euro op de datum dat het delict is gepleegd. Voor zwaardere delicten stelt de richtlijn dan weer een minimale gevangenisstraf van 3 of 5 jaar voorop. Er moeten ook aanvullende sancties of maatregelen beschikbaar zijn in strafprocedures tegen natuurlijke personen.
Ten aanzien van rechtspersonen die aansprakelijk zijn, moeten de lidstaten ervoor zorgen dat ze kunnen worden onderworpen aan doeltreffende, evenredige en afschrikkende strafrechtelijke en niet-strafrechtelijke sancties of maatregelen, waaronder strafrechtelijke of niet-strafrechtelijke geldboeten en eventuele andere strafrechtelijke en niet-strafrechtelijke sancties of maatregelen, zoals de uitsluiting van toegang tot overheidsfinanciering waaronder aanbestedingsprocedures, subsidies en concessies; een verbod om bedrijfsactiviteiten uit te voeren of de intrekking van vergunningen en toestemmingen voor het uitoefenen van activiteiten die tot het plegen van het strafbare feit hebben geleid.
Bovendien moeten de lidstaten ervoor zorgen dat rechtspersonen die profiteren van het feit dat anderen strafbare feiten plegen die in strijd zijn met beperkende maatregelen van de Unie, kunnen worden bestraft met geldboeten waarvan het maximumbedrag niet minder mag bedragen dan een 5 % van de totale wereldwijde omzet van de rechtspersoon in het boekjaar voorafgaand aan de beslissing tot oplegging van de geldboete.
De richtlijn bepaalt in dit kader nog de verzwarende en verzachtende omstandigheden waarmee moet worden rekening gehouden bij de toepassing van de sancties.
Rechtsmacht, klokkenluiders en onderzoeksmiddelen
Tot slot zijn er bepalingen m.b.t. de rechtsmacht, de toepassing van de zogenoemde klokkenluidersrichtlijn op personen die melding maken van strafbare feiten m.b.t. beperkende maatregelen van de Unie, de beschikbaarheid van onderzoeksmiddelen en de coördinatie tussen relevante organisaties in de lidstaat en buiten de lidstaat tussen de autoriteiten van de lidstaten, de Europese Commissie, Europol, Eurojust en het Europees Openbaar Ministerie.
In werking
Richtlijn 2024/1226 treedt in werking op 19 mei 2024 (20 dagen na publicatie in het Europees Publicatieblad). De lidstaten doen het nodige om de bepalingen te implementeren en uiterlijk op 20 mei 2025 aan de richtlijn de voldoen.

Bron:  Richtlijn (EU) 2024/1226 van het Europees Parlement en de Raad van 24 april 2024 betreffende de definitie van strafrechtelijke delicten en van sancties voor de schending van beperkende maatregelen van de Unie en tot wijziging van Richtlijn (EU) 2018/1673,Pb. L. 2024/1226, 29 april 2024.