Personeelsleden van het operationeel kader binnen de politiediensten kunnen sinds kort gemakkelijker bijklussen. Via de Verzamelwet Politie van 19 juli 2018 werd het stelsel van beroepsonverenigbaarheden aanzienlijk versoepeld. Via een uitvoeringsbesluit worden die nieuwe regels nu opgenomen in de Deontologische Code van de politiediensten. En wordt RPPol aangepast. Inhoudelijk zijn er geen nieuwigheden. Sinds 31 augustus 2018 volstaat het dus dat leden van het operationele kader die willen bijklussen die bijkomende activiteit voor aanvang melden aan de Commissaris-generaal, de burgemeester of het politiecollege. Die kan de activiteit dan toestaan, weigeren of onderwerpen aan bepaalde voorwaarden. Als er geen weigeringsbeslissing volgt binnen de 45 dagen, dan kan het betrokken personeelslid gewoon aan de slag. Binnen het nieuwe systeem zijn slechts een aantal ‘absolute onverenigbaarheden’ weerhouden: personeelsleden van het operationeel kader mogen geen operationeel lid zijn van een hulpdienst of werken als ambulancier. Ze mogen ook niet het ambt uitoefenen van bijzonder veldwachter en geen rijles geven in een erkende rijschool als die lessen geheel of gedeeltelijk worden uitgeoefend op de openbare weg.
In de code staat uitdrukkelijk dat de uitoefening van de activiteit de principes en waarden in de code niet in het gedrang mag brengen.
Leden van het operationeel kader zien hun recht op kosteloze gezondheidszorgen op basis van artikel X.I.5
RPPol geweigerd wanneer de gezondheidszorgen het gevolg zijn van een bijkomende activiteit.
In werking: 8 oktober 2020.
Bron: 13 september 2020 - Koninklijk besluit betreffende de cumulatie door de personeelsleden van het operationeel kader van de politiediensten, BS 28 september 2020, p.68431.