Het Europees Kaderbesluit 2008/909/JBZ helpt gevangenen bij hun reclassering door hen de kans te geven om hun straf uit te zitten in hun thuisland. Maar het systeem voor de overbrenging van veroordeelde buitenlanders is vaak ingewikkeld. Daarom heeft de Europese Commissie de vele regels, voorwaarden en uitzonderingen gebundeld in een handboek. Een praktische leidraad voor de bevoegde autoriteiten in de EU-lidstaten.
Maar opgelet! Het document is juridisch niet bindend en er is bij de opmaak niet gestreefd naar volledigheid. Wel heeft de Commissie getracht iedere stap in de wettelijke procedure te staven met praktische scenario’s. Het handboek is terug te vinden op het internet via https://e-justice.europa.eu en op de website van het Europees justitieel netwerk.
Van vonnis tot tenuitvoerlegging
Het handboek is een behoorlijk lijvig document. Het bestaat – naast een inleiding en een overzicht van de algemene wettelijke context - uit 3 grote delen
• | Deel I: toezending van een vonnis en een certificaat. Dit deel verduidelijkt onder meer wie de bevoegde autoriteiten zijn en welk aandeel zij hebben bij de opmaak en verzending van het vonnis. Verder gaat de commissie dieper in op de positie en de toestemming van de gevonniste persoon en zijn reclasseringsmogelijkheden. Tot slot volgt toelichting van de procedure tot toezending (documenten, kennisgeving, aanvullende informatie,…). |
• | Deel II: erkenning van het vonnis en tenuitvoerlegging van de sanctie. Dit deel geeft een antwoord op vragen als: wat zijn de termijnen, welke weigeringsgronden bestaan er, hoe verloopt de overbrenging van de gevonniste persoon, wat zijn de voorwaarden voor de tenuitvoerlegging van de oplegde sanctie, enz.? |
• | Deel III: diversen. In dit deel vinden we vooral afspraken over de manier van communiceren tussen de bevoegde autoriteiten in de verschillende fasen van de procedure. |
Kernelementen
In ieder deel staan er dus tal van regels, voorwaarden en uitzonderingen. Maar het Kaderbesluit bevat binnen dit ruime kader ook een aantal basiselementen
• | in bepaalde situaties zijn lidstaten verplicht om een verzoek tot overbrenging te honoreren |
• | overbrenging kan alleen worden geweigerd op basis van een beperkt aantal gronden voor niet-erkenning of niet-tenuitvoerlegging |
• | het Kaderbesluit beperkt het aantal situaties waarin toestemming van de gevonniste persoon nodig is (toestemming is niet nodig bij overbrenging naar een Staat waarheen de betrokkene is gevlucht, wanneer tegen de gevonniste persoon een bevel tot verwijdering of uitzetting naar de aangezochte staat is uitgevaardigd of bij een overbrenging naar een lidstaat waarvan de gevonniste persoon onderdaan is en waar hij of zij woont) |
• | de procedure schrijft een strikt tijdsschema voor |
• | het Kaderbesluit voorziet in de voortgezette tenuitvoerlegging van de door de beslissingsstaat opgelegde sancties, met slechts beperkte mogelijkheden voor de tenuitvoerleggingsstaat om de sanctie aan te passen. De beslissingsstaat heeft het laatste woord over de overbrenging, indien hij akkoord is met de aanpassing van de sanctie en de modaliteiten van de tenuitvoerlegging ervan. |
Toepassingsgebied: EU-burgers en derdelanders die er verblijven
De bepalingen van het Kaderbesluit (en dus van het handboek) zijn van toepassing op alle EU-burgers en onderdanen van derde landen die in een EU-lidstaat verblijven. Voor derdelanders die niet in een EU-lidstaat verblijven, zijn andere internationale instrumenten voor justitiële samenwerking van toepassing zoals het Verdrag van de Raad van Europa inzake de overbrenging van gevonniste personen van 21 maart 1983 en het Aanvullend Protocol van 18 december 1977 bij dit verdrag.
Bron: Mededeling van de Commissie — Handboek inzake de overbrenging van gevonniste personen en vrijheidsstraffen in de Europese Unie2019/C 403/02, Pb.L. 29 november 2019, afl. C403/3.