Vuurwerk, rookbommen en alle andere vormen van pyrotechnisch materiaal zijn absoluut verboden in en om voetbalstadions. Maar ondanks deze nultolerantie in de Voetbalwet en strenge sancties is het aantal incidenten de laatste maanden gestegen. De omzendbrief ‘Geïntegreerde aanpak om pyrotechniek te bannen uit voetbalstadions’ herhaalt de regels en pleit voor specifieke actieplannen per club. De aanpak van het fenomeen stopt echter niet in de voetbalwereld: het is een gedeelde verantwoordelijkheid waarbij ook de bestuurlijke overheden en de politiediensten een belangrijke rol spelen.
Tips en tricks voor opmaak plannen
Voetbalclubs en overkoepelende sportbonden krijgen in de nieuwe brief richtlijnen voor de opmaak van deze plannen. Een lange lijst van tips en tricks gaande van
• | preventieve maatregelen voorafgaand aan wedstrijden (sensibiliseringscampagnes, duidelijke sanctiewaarschuwingen, infrastructurele aanpassingen) |
• | een dynamisch ticketbeleid (digitaal, toekenning tickets aan supporters met incidentvrij verleden) |
• | performante toegangscontroles (tijdsdruk minimaliseren, controle rugzakken, gebruik van honden) |
• | een performant camerasysteem voor identificatie en controle |
tot beveiligingsmaatregelen bij inbreuken. De omzendbrief gaat daarbij dieper in op de verschillende mogelijkheden zowel voor clubs (burgerlijke uitsluiting en stadionverbod voor overtreder) als de overkoepelende sportbonden (sanctioneren clubs).
Politie speelt cruciale rol
Maar de aanpak van het fenomeen is niet alleen een taak van de clubs en de sportbonden. Het is een gedeelde verantwoordelijkheid waarbij ook de bestuurlijke en politionele overheden een cruciale rol spelen. Ook hun taken en verantwoordelijkheden worden in de verf gezet.
In de omzendbrief vraagt minister van Binnenlandse Zaken Pieter de Crem de politiediensten bijvoorbeeld uitdrukkelijk om gebruik te maken van hun verbaliseringsbevoegdheid: supporters die pyrotechnische middelen gebruiken moeten onmiddellijk een stadionverbod van hen krijgen. Er mag geen enkele ruimte zijn voor een gedoogbeleid.
Veiligheidscontract
De omzendbrief herinnert tot slot aan alle toepasselijke wetgeving, zowel op Europees als op nationaal niveau.
Met daarbij ook ruime toelichting bij de ‘multidisciplinaire veiligheidsovereenkomst tussen lokale veiligheidsactoren’. De voetbalclubs moeten samen met de lokale veiligheidspartners (o.a. lokale politie en burgemeester) afspraken maken over hun lokaal veiligheidsbeleid (rolverdeling, engagementen). Minister De Crem wil dat in die overeenkomst ook wordt gesproken over de uitwerking van een geïntegreerde aanpak tegen pyrotechnische middelen in voetbalstadions.
Het is aan de burgemeesters om toe te kijken of die oefening correct wordt uitgevoerd en nageleefd.
De Voetbalcel én de politiediensten krijgen de opdracht om de nodige vaststellingen te doen wanneer blijkt dat de clubs hier niet de nodige aandacht aan geven of de ingezette middelen onvoldoende blijken.