Om te vermijden dat de schuldenaar een in beslag genomen voertuig doet verdwijnen, kan de gerechtsdeurwaarder bij een uitvoerend beslag het voertuig voortaan immobiliseren. Wel alleen maar als de uitvoerbare titel betrekking heeft op een misdrijf inzake verkeersbelasting, belasting op inverkeersstelling of de verplichte verzekering motorrijtuigen. Of wanneer het gaat om een wegverkeersmisdrijf.
De gerechtsdeurwaarder kan zich beperken tot de loutere immobilisatie – waarbij hij er dan wel moet op toezien dat de parkeerregels worden nageleefd. Of hij kan op dezelfde dag van de immobilisatie het voertuig laten wegtakelen.
Gebeurt de immobilisatie zonder contact met de betekende partij, dan moet de immobilisatie duidelijk toegelicht worden op het voertuig. Immobilisatie gebeurt altijd op kosten van de schuldenaar.
De immobilisatie kan gebeuren op het ogenblik van het beslag of op het moment dat een nieuwe verkoopdag wordt betekend. Het beslagexploot of de akte tot bepaling van een nieuwe verkoopdag moet duidelijk aangeven wat er met het voertuig zal gebeuren.
Beëindiging
De gerechtsdeurwaarder beëindigt de immobilisatie in drie gevallen: de schulden en kosten zijn betaald, de partijen hebben een overeenkomst bereikt of de beslagrechter beslist tot de opheffing. De gerechtsdeurwaarder geeft het voertuig binnen twee werkdagen vrij.
De artikelen 138 en 139 van de wet van 5 mei 2019 zijn in werking getreden op 29 juni 2019.
Bron: Wet van 5 mei 2019 houdende diverse bepalingen inzake informatisering van Justitie, modernisering van het statuut van rechters in ondernemingszaken en inzake de notariële aktebank, BS 19 juni 2019 (art. 138 en 139 Verzamelwet Justitie)