Bewakingsagenten mogen tegelijk werken in een onderneming of interne dienst die vergund is voor ‘bewaking uitgaansmilieu’ en een onderneming die vergund is voor andere bewakingsactiviteiten.
Tot voor kort was dit een ‘onverenigbaarheid’ volgens de Wet Private en Bijzondere Veiligheid van 2 oktober 2017. Destijds door de wetgever ingevoerd om bewakingsondernemingen te beschermen tegen criminele invloeden uit het uitgaansmilieu: “de plaatsen waar bewakingsactiviteiten in het uitgaansmilieu worden uitgeoefend, zijn vaak beïnvloed door het criminele milieu, die deze plaatsen aanzien als lucratief in het kader van drugs- en andere trafieken. De onverenigbaarheid vermijdt dat werknemers van gereputeerde ondernemingen zonder medeweten van hun werkgever ook actief zijn in dit gevoelige milieu. De onverenigbaarheid geldt niet in het geval dat de 2 betrokken ondernemingen geassocieerd zijn’.
Maar volgens het Grondwettelijk Hof is deze onverenigbaarheid niet pertinent ten aanzien van de beschermingsdoelstelling. Bewakingsondernemingen, interne bewakingsdiensten én hun leidinggevenden zijn immers wettelijk verplicht om àlle nodige voorzorgsmaatregelen te nemen en de nodige controles uit toe voeren opdat hun personeel of de personen die voor hen werken, in de uitoefening van hun functie, de wetgeving en de Wet Private en Bijzondere Veiligheid in het bijzonder naleven. Zowel de ondernemingen met een vergunning ‘bewaking uitgaansmilieu’ als de andere ondernemingen moeten er bovendien voor zorgen dat de personen die voor hen werken beantwoorden aan het
wettelijke profiel, klinkt het.
Het Hof heeft de onverenigbaarheid in artikel 61,10° van de Wet Private en Bijzondere Veiligheid daarom vernietigd (
arrest 79/2019).
Tegelijk werken voor een onderneming of interne dienst vergund voor bewaking uitgaansmilieu en een onderneming of interne dienst met een andere vergunning mag dus wel.
Zowel voor personen die bewakingsactiviteiten uitoefenen als de leidinggevenden van een onderneming of interne dienst, personen ie zitting hebben in de raad van bestuur van een onderneming, personen belast met de commerciële, relaties met klanten van een onderneming, lesgevers en personen die een andere functie uitoefenen voor een bewakingsonderneming of interne bewakingsdienst.
Bron:
GwH 79/2019, 23 mei 2019.