Sinds 1 juli 2019 bevat de Wegcode een aantal nieuwigheden voor schoolstraten. De wetgever voert enkele correcties door zodat het concept ruimer kan worden toegepast. De basisregels die sinds 20 oktober 2018 bestaan, zijn vatbaar voor interpretatie. En dat wil de wetgever uiteraard liever vermijden.
Verplaatsbare afsluiting
Zo was het begrip ‘verplaatsbare afsluiting’ in
de definitie niet duidelijk. De Wegcode omschreef de schoolstraat als “een openbare weg in de nabijheid van een onderwijsinstelling waar tijdelijk en tijdens bepaalde uren aan de toegangen een verplaatsbare afsluiting geplaatst is met het verkeerbord C3 voorzien van een onderbord met daarop de vermelding ‘schoolstraat’”.
Wat precies als ‘verplaatsbare afsluiting’ wordt beschouwd, staat echter niet in de wet. En dat zorgt voor verwarring op het terrein. De wetgever paste de tekst daarom aan. Het begrip ‘verplaatsbare afsluiting’ wordt nu niet meer aangehaald in de definitie. Of toch niet in de Nederlandse definitie. Vreemd genoeg blijft de notie ‘une barière déplaçable’ wel bestaan in de Franse versie.
Voortaan luidt de Nederlandse definitie in de Wegcode: “schoolstraat, een openbare weg in de nabijheid van een onderwijsinstelling waar tijdelijk en tijdens bepaalde uren aan de toegangen motorvoertuigen geweerd worden door een verkeersbord C3 voorzien van een onderbord met daarop de vermelding schoolstraat, tenzij het onderbord in een uitzondering voorziet voor bepaalde motorvoertuigen”.
Vergunning vereist, ook voor bewoners
Merk op dat de wetgever in de nieuwe definitie duidelijk vermeld dat ‘motorvoertuigen’ worden geweerd in een schoolstraat, maar dat hierop uitzonderingen kunnen worden voorzien. Dat was al zo, maar wordt nu verduidelijkt. Ook in de regels voor het
verkeer in schoolstraten.
Voortaan hebben alle bestuurders van motorvoertuigen een vergunning nodig van de wegbeheerder om toegang te hebben tot een schoolstraat (behalve prioritaire voertuigen). Dus ook bestuurders van motorvoertuigen die in de straat wonen of van wie de garage in de straat gelegen is. Zij moesten op basis van de oorspronkelijke regels geen vergunning hebben.
Ook nieuw is dat ‘uitrijden van de schoolstraat is toegelaten tenzij anders bepaald door de wegbeheerder’.
Ook bakfietsen en speed pedelecs
Tot slot wordt het toepassingsgebied uitgebreid. In de schoolstraat moet de volledige breedte van de openbare weg worden voorbehouden aan voetgangers, rijwielen en speed pedelecs. De oorspronkelijke tekst had het alleen over voetgangers en fietsers zodat onder meer bakfietsen en speed pedelecs volgens een strikte interpretatie geen toegang hadden tot een schoolstraat.