Het Rijksregister, de bevolkingsregisters, het vreemdelingenregister, het wachtregister en de registers van de identiteits- en vreemdelingenkaarten zijn voortaan vrij toegankelijk voor de rechters en griffiers van hoven en rechtbanken, de magistraten van het openbaar ministerie, de onderzoeksrechters en de aangewezen ambtenaren van niveau 1 bij de administratieve overheden die instaan voor de tenuitvoerlegging van beslissingen in strafzaken en maatregelen ter bescherming van de maatschappij. Ze hebben geen voorafgaande machtiging meer nodig van de minister van Binnenlandse Zaken.
Volgens de wetgever is de machtiging niet noodzakelijk, noch opportuun: de wettelijke opdrachten van de betrokken actoren zijn strikt omkaderd door duidelijke, transparante en toegankelijke normen, ze zijn bij de verwerking van persoonsgegevens gebonden aan de regels uit de wet van 30 juli 2018 en er is een externe controle mogelijk door de bevoegde toezichthoudende autoriteit.
De Verzamelwet Justitie voegt de vrijstellingen toe aan
de Rijksregisterwet. Leden van de betrokken justitiediensten die de gegevens doorgeven aan niet-gemachtigde personen of die de gegevens buiten het kader van hun wettelijke opdrachten gebruiken riskeren een gevangenisstraf en een geldboete (of één van die straffen).
In werking: 29 juni 2019.
Bron: Wet van 5 mei 2019 houdende diverse bepalingen inzake informatisering van Justitie, modernisering van het statuut van rechters in ondernemingszaken en inzake de notariële aktebank, BS 19 juni 2019 (art. 133-137 Verzamelwet Justitie).