Sinds 4 maart 2018 is het in het Brussels gewest verboden om thuis schapen, geiten, gekweekt wild of varkens te slachten. ‘Particulieren hebben doorgaans niet de vereiste kennis en ervaring om dit volgens de regels te doen en beschikken ook niet over de uitrusting die een slachthuis heeft’, zo staat te lezen in de Memorie van toelichting. Overtreders riskeren een boete van 52 tot 2.000 euro.
Concreet stelt
de Dierenwelzijnswet voortaan het volgende: ‘het doden en slachten van schapen, geiten, varkens en gekweekt wild voor particulier huishoudelijk verbruik door de eigenaar ervan of door een persoon onder de verantwoordelijkheid en het toezicht van de eigenaar buiten een slachthuis of en erkende inrichting is verboden’. Met daarbij uitdrukkelijk de vermelding dat het begrip ‘gekweekt wild’ geen betrekking heeft op hazen, konijnen, pluimvee en wilde vogels. Het gaat wel om andere vormen van gekweekt wild met inbegrip van gekweekte loopvogels (zoals struisvogels, nandoes, emoes, casuarissen, enz.) en gekweekte landzoogdieren andere dan als landbouwhuisdier gehouden hoefdieren (runderen, buffels bizons, éénhoevigen).
Voortaan zijn dus in principe alleen nog slachtingen toegestaan in erkende slachthuizen of inrichtingen die erkend zijn door de Brusselse minister bevoegd voor Dierenwelzijn. Al kan er ook geslacht worden binnen de muren van een kwekerij. Tenminste als er een beroep wordt gedaan op een mobiele voorziening die de normen voor gezondheid en dierenwelzijn in acht neemt.
Bron: Ordonnantie van 25 januari 2018 tot wijziging van de wet van 14 augustus 1986 betreffende de bescherming en het welzijn der dieren, BS 22 februari 2018.