Vanaf 21 februari moeten alle Brusselse toonzalen, winkels, cafés, theaters en andere voor het publiek toegankelijke inrichtingen waar elektronisch versterkte muziek te horen is, een ‘Happy ears’-pictogram aan de ingang kleven. Het pictogram maakt de bezoeker attent op mogelijke gehoorschade. Er moet ook een waarschuwing staan op de affiches en tickets van allerlei evenementen.
Het Brussels gewest kondigde begin 2017 geluidsnormen af voor alle voor de publiek toegankelijke inrichtingen. Dat zijn alle permanente of tijdelijke plaatsen – en de bijgebouwen ervan – die voor publiek toegankelijk zijn. Zelfs indien die plaatsen alleen maar toegankelijk zijn voor bepaalde categorieën van personen of ze alleen maar toegankelijk zijn na betaling.
Het besluit somt zelf een aantal voorbeelden op van publiek toegankelijke plaatsen: evenementenhallen, bioscoopcomplexen, theaters, operahuizen, muziekhallen, feestzalen, discotheken, danszalen, concertzalen, festivals, tenten, privéclubs, winkels, restaurants, bars, cafés, sportzalen, en zelfs inrichtingen in openlucht.
De toegelaten geluidssterkte in elk van die etablissementen wordt aangegeven met eenzelfde pictogram. Het is 14 cm groot en 14 cm breed, maar de kleur verschilt naargelang de geluidssterkte.
Pictogram aan de ingang
Inrichtingen die het plafond van
85 decibel in dB(A) respecteren – uitgedrukt als equivalent geluidsdrukniveau L
Aeq, 15minuten, glijdend – en de rustzones binnen de andere inrichtingen, mogen een
groen pictogram gebruiken.
Inrichtingen met een maximaal geluidsniveau van
95 in dB(A) en 110 in dB(C) – uitgedrukt als equivalente geluidsdrukniveaus L
Aeq, 15 minuten, glijdend, en L
Ceq, 15 minuten, glijdend moeten een
oranje pictogram kleven aan de ingang van de zaal of aan de toegang tot de inrichting.
In inrichtingen waar het toegelaten geluidsniveau mag oplopen
tot 100 dB(A) en 115 dB(C) – in L
Aeq, 60 minuten, glijdend, en L
Ceq, 60 minuten, glijdend – is het pictogram
paarskleurig.
In die 2 laatste types van inrichtingen moet bovendien een display staan waarop de geluidsniveaus getoond worden. Bij inrichtingen tot 100 dB(A) moet het display bovendien gekoppeld zijn aan een registreertoestel. De geluidsniveaus op de displays moeten zichtbaar zijn voor het publiek – hoe sterk of hoe zwak het omgevingslicht ook is – en moeten door de bezoekers ook als een akoestische weergave herkend worden.
Op affiches en tickets
De kleuren van de pictogrammen die aangeplakt worden aan de ingangen en toegangen tot de inrichtingen voor versterkt geluid, vinden we ook terug bij de pictogrammen die op de affiches en tickets moeten staan: groen voor maximum 85 decibel, oranje voor maximum 95 decibel, en paars voor maximum 100 decibel.
Referentiepersoon mét opleiding en attest
De max. 100 dB(A)-Inrichtingen moeten tot slot een referentiepersoon aanduiden die belast wordt met het opvolgen van de naleving van de wetgeving. Die persoon moet een professionele gehoortest afgelegd hebben en moet een opleiding inzake versterkt geluid gevolgd hebben.
Maar op dit ogenblik heeft Leefmilieu Brussel nog geen opleidingscursussen kunnen organiseren. Tot het instituut een eerste opleidingscyclus heeft georganiseerd, gaat Brussel er dan maar van uit dat de referentiepersoon de opleiding voor versterkt geluid zogezegd heeft gevolgd… Alleen op die wijze kan de hele geluidswetgeving op 21 februari aanstaande in werking treden, zoals gepland.
Brussels minister van Leefmilieu Céline Fremault verduidelijkt intussen dat de referentiepersoon om het jaar een nieuwe gehoortest moet laten uitvoeren door een neus-, keel- en oorarts. De arts moet minstens een toonaudiometrie uitvoeren die de frequenties tot 8.000 Hz test, en geeft daarvan een attest. De referentiepersoon moet dat attest op elk moment kunnen voorleggen aan de ambtenaren en politieagenten die toezicht houden op de geluidswetgeving.